Wanneer hebben voetgangers voorrang?
Het kan fijn zijn om een keer niet de auto te pakken, maar je te voet te verplaatsen. Het is tevens beter voor het milieu. Maar als voetganger moet je je er wel van bewust zijn dat je het meest kwetsbaar bent in het verkeer. Je moet dus niet alleen goed op de hoogte zijn van de voorrangsregels als voetganger, maar zeker ook als bestuurder. We bespreken hier de voorrangsregels voor voetgangers.
Wanneer ben je een voetganger?
Een voetganger is een weggebruiker, maar geen bestuurder. Wanneer je lopend deel uitmaakt van het verkeer, ben je een voetganger. Loop je met de fiets of scooter aan de hand? Dan ben je nog steeds een voetganger. Ook als je skatend deel uitmaakt van het verkeer met bijvoorbeeld een longboard of skeelers, behoor je tot de voetgangers.
Voorrangsregels voor voetgangers
Als voetganger moet je altijd goed opletten en er niet vanuit gaan dat iedereen zich netjes in het verkeer gedraagt. Een ongeluk waarbij een voetganger betrokken raakt, is namelijk levensgevaarlijk. Er zijn daarom verschillende verkeerslichten en verkeersborden. Voetgangers worden zo geholpen om veilig de weg te vervolgen tussen het verkeer. Wanneer voetgangers zich hier niet aan houden, kunnen ze ook boetes krijgen. Wanneer het erg druk is in het verkeer, moet er extra goed opgelet worden op voetgangers, aangezien er veel om je heen gebeurt. Volg daarom altijd goed de instructies van de verkeersborden, verkeerstekens of verkeerslichten om ongelukken te voorkomen.
Wanneer heeft een voetganger voorrang?
Voor voetgangers gelden soms net wat andere voorrangsregels dan voor bestuurders. Voetgangers voorrang verlenen doe je bijvoorbeeld wanneer ze op een zebrapad lopen of op het punt staan om over te steken op een zebrapad. Als er geen oversteekplaats is, hoeft de bestuurder geen voorrang te verlenen en moet de voetganger dus wachten tot de bestuurder langs is. Er is echter een uitzondering wanneer de voetganger blind of slechtziend met een blindengeleidestok is of zich moeilijk kan voortbewegen. Je moet dit gevaar kunnen herkennen.
Bij het uitvoeren van een bijzondere manoeuvre door een bestuurder, zoals bij het verlaten van een uitrit, keren of verlaten van een parkeerplaats, moet je als bestuurder al het verkeer voor laten gaan, inclusief voetgangers. Een goed trucje om voorrang voetgangers te leren is om de volgende regel te onthouden. luidt: Rechtdoorgaand verkeer op dezelfde weg gaat voor al het afslaand verkeer. Wanneer jij dus wilt afslaan, maar op dat moment wilt een voetganger de weg oversteken die jij in gaat, moet je voorrang verlenen aan voetgangers.
Zogenaamde kanalisatiestrepen tonen aan waar voetgangers kunnen oversteken. Echter, ze zijn niet bedoeld als voorrang voor de voetgangers. De voetganger moet hier dus voorrang geven aan bestuurders. De kanalisatiestrepen hebben geen wettelijke status zoals een zebrapad dat wel heeft.
Waar moet een voetganger lopen?
Het is goed om te weten waar je je als voetganger mag begeven in het verkeer. In artikel 4 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens is afgesproken waar voetgangers zich mogen bevinden. Voetgangers mogen bijvoorbeeld niet midden op de weg lopen, want daar rijden de bestuurders. Normaal gesproken is er een stoep naast de weg die een duidelijke route vormt voor voetgangers. Het komt echter ook voor dat er geen stoep naast de weg is, wat doe je dan en loop je links of rechts?
Wanneer er geen stoep is, mag je in de berm lopen of op een ander voetpad. Wanneer dit er allemaal niet is, mag je ook op het fietspad lopen indien aanwezig. Anderzijds mag je aan de zijkant van de weg lopen. In het reglement is geen bepaling opgenomen die bepaalt of je links of rechts moet lopen. Je kunt dus zelf kiezen aan welke kant van de weg je loopt en in welke richting je op gaat. Je kunt hier bijvoorbeeld zelf de veiligste kant kiezen. De meeste mensen kiezen ervoor om in tegengestelde richting van het aankomende verkeer te lopen, omdat je zo zicht hebt op wat komen gaat.